Schade nihil
'Ik zou graag een grote cappuccino willen om mee te
nemen,´zei ik tegen het meisje en ik was stomverbaasd. Zonder erbij na te
denken had ik het in vlekkeloos Frans gevraagd. Aangezien ik in Brussel op het
treinstation stond, was dat wel handig dat Frans. Ineens moest ik denken aan
mijn eerste docent Frans. Toen hij mijn achternaam zag en gecheckt had of ik
echt van die familie was, sprak hij de pedagogisch goeddoordachte woorden: 'Dan
zul je nooit Frans leren, de anderen konden dat ook niet,' en hij had gelijk,
een vooruitziende blik, Frans was niet zo mijn ding. Hoe dat nog goed gekomen
is dat is een verhaal voor later. Ook mijn docent Nederlands had ooit zo'n
vooruitziende blik, 'Je kunt alles gaan studeren maar geen Nederlands!' Nou dat
heb ik toch maar wél gedaan.
Tegenwoordig zou je voor dit soort uitspraken op het matje geroepen worden bij je leidinggevende, een van de velen die je tegenwoordig hebt en je zou de opdracht krijgen om meteen aan je pedagogische of intermenselijke competenties te gaan werken, externe of interne coaches werden gezocht en in stelling gebracht. Maar hoeveel slechter ben ik er nu eigenlijk van geworden, hoeveel heeft mijn tere leerlingziel daardoor aan blijvende schade opgelopen? Ik bestel hier apetrots koffie, in het Frans, ik doceer al jaren, hopelijk succesvol, Nederlands. Waarom, omdat ik in mijzelf heb geloofd?
Het meisje vraagt of ik een chocolaatje bij de koffie wil en ik zeg weggerukt uit mijn overpeinzing: 'Sí, gracias, s'il vous plait! Ze kijkt me aan, lacht en ik krijg er gewoon twee, een voor mijn Spaans en een voor mijn met vlag en wimpel weer mislukte Frans, maar schade.... nihil.