Gewoon ik
Het bloed kruipt...
Het allermooiste wat je als docent op je vrije dag, of aan het begin van een lang vrij weekend, kan gebeuren is in een museum terecht komen en terwijl jij bij de kassa staat met je gratis docentenpas, dat er dan net een grote groep leerlingen binnenkomt. Leerlingen in de leeftijdsgroep die de hele week voor je in de klas zit. De puber van 15 jaar. Een korte profielschets lijkt me onnodig. We kennen ze. Maar de puber is niet het interessante deel, zoals ik al zei die kennen we.
Het meest het bekijken waard is de begeleidende docent! De docenten in dit geval. Als eerste stormt binnen, in oververhitte staat, de regelaarster. We weten met z'n allen dat je haar dat eigenlijk niet moet laten doen maar ja, wie gaat haar dat, na 20 jaar trouwe maar oververhitte dienst, vertellen? De bus was te laat en nu zijn ze te laat enne...enne...enne. Ze reageert alsof het museum na hun slottijd niet meer zou bestaan en dat al haar inspanningen van bellen, checken tevergeefs blijken te zijn. De opgespaarde opvliegers, vliegen er in een keer uit.
Dan hebben we de toffe gast. Die staat tussen de leerlingen en gedraagt zich als een leerling. Dan hebben we de trooster of troosteres. Zij, in dit geval, troost de ietwat labiele leerling die zich zorgen maakt omdat de bus te laat was. Ze beurt op, ze montert op. Dan hebben we de afwachters. Die docenten die wachten tot het allemaal geregeld gaat worden, die in een groepje staan te praten over voetballen en wachten.
En als laatste die binnenkomt, want die moest de buschauffeur nog even helpen, is de kordate. Deze stapt op de balie af, slaat over wat overgeslagen moet worden en vraagt aan de oververhitte wat nu eigenlijk het probleem is. De pubers vermaken zich trouwens, zoals alle pubers, met het maken van selfies in de meest rare houdingen. De kordate regelt kordaat en het is op naar de kluizen. Nu de kordate het even overgenomen heeft, en de oververhitte af kan koelen en een slokje water kan nemen, is er geen probleem meer. Sleutels worden uitgedeeld, tassen worden opgeborgen en de rondleiding kan beginnen, want hoewel hun slottijd voorbij is, blijkt het museum gewoon verder te bestaan.
Ach, wat is het heerlijk om je eigen soort aan het werk te zien en te bestuderen! In deze 'studietijd' heb ik wel even twee Spaanse leerlingen met mijn ogen laten weten dat dat, wat ze nog maar aan het bedenken waren, niet mag. Een derde die op de grond lag, heb ik met een handgebaar rechtop laten zitten, ja weet u hij lag daar echt gevaarlijk. Ach, ik weet het, het bloed kruipt daar waar het gewend is om te kruipen, ik weet het. Ons soort, mijn soort.. zucht.. ach.. ik, beken het maar gewoon ik!