Op zoek naar de schat deel 3 en 4


Verhaal 88 Op zoek naar de schat  

Deel 3 Een Vreemde Vogel en waar is de sleutel 


De kist staat te pronken op het pad maar hij zit op slot. De sleutel is weg, een Vreemde Vogel heeft hem ergens voor de zekerheid opgeborgen maar zijn geheugen is niet zo best. Dan helpt het als je op je tocht vrienden hebt gemaakt.

Een vreemde vogel

Waar heb ik hem toch neergelegd

In mijn doordeweekse nest hoog in de boom
Of mijn zondagsnest bij de weidezoom
Ik heb hem veilig opgeborgen
Maar waar, ik maak me een beetje zorgen
Mijn geheugen wat een warrige boel
Nog erger dan mijn nest als je snapt wat ik bedoel

Waar heb ik die sleutel toch gelaten
Bij mijn vakantieboom waar de schapen blaten
Of in die nieuwe buurt waar die eksters slapen
Waarom zitten in mijn geheugen van die grote gaten
Waar heb ik die sleutel toch gelaten

Broertje Tim, fluistert Jack
Hoor jij ook iemand tegen zichzelf praten
Ik ben niet zomaar iemand klinkt het uit de boom
Ik ben Vreemde Vogel die hier al heel lang woont
Alleen hebben jullie mij zelden in de gaten


Ik heb jullie sleutel ergens veilig opgeborgen
Die vind ik terug maak je maar geen zorgen
Maar in vogelsnaam zeg me waar
Ligt dat sleutelexemplaar van jullie ook alweer klaar


Hij hipt van tak naar tak van de tuin naar het dak
Heer Krekel zegt, Vogel U hebt een beetje stress
Weet ik Heer Krekel maar ik heb hem te veilig weggelegd
Jullie weten hoe die eksters zijn
Als ze iets zien glimmen pakken ze het weg
Daarom heb ik de sleutel ergens neergelegd


Dit is een groot probleem zegt Mijnheer Jack
We hebben de kist maar wat is nu de schat
Als we in al zijn nesten moeten zoeken
Duurt dat de hele nacht


Kan ik soms helpen, ze horen een bekende stem
Daar is Kristaleine, Vrouwe Meisje legt haar uit
Dat Vreemde Vogel niet meer weet
In welk nest hij de sleutel verborgen heeft


Oh, dat is snel opgelost zegt Kristalein
Voor iets ingewikkelds moet je bij ons spinnen zijn
Ik vraag aan al mijn goede vriendinnen
Of ze helpen zoeken buiten en ook binnen


Ze stuurt een berichtje naar haar vriendinnen
Kom meiden die sleutel moeten we met z'n alle vinden
Na even wachten, zakt een eindje verder in de straat
Een sleutel naar beneden aan een glinsterende draad


Ach zegt Vreemde Vogel onverdroten
Hij lag dus in mijn ochtendnest
Ja nu je het zegt, wist ik dat best
Maar het was me eventjes ontschoten


Nu kan de kist dan eindelijk open
Hiervoor hebben ze door het hele dorp gelopen
Kijk nou zegt Broertje Tim drie tentjes en een gouden brief
Ze hebben een nachtje slapen in een tent verdiend
Zonder hulp van grote mensen
Kun jij je als kind iets beters wensen


Ze mogen kiezen bij Oma op de zolder
Of bij Papa en Mama buiten in de tuin
Nou zegt Heer Krekel zeer beslist buiten dat is fout
Want het is voor jullie buiten nog te koud
Dus stel ik voor lekker warm bij Oma op haar zolder
Dan nemen we ook prik en koekjes mee
En daar staat, als ik me niet vergis ook nog een tv


Nee, zuchten ze allemaal Heer Krekel geen tv
Wij willen krakende avonturen beleven
Wij willen van spanning als een rietje beven
Dus wordt het bij Oma op de zolder iedereen is voor 


en dit verhaal gaat op die zolder krakend van de spanning door

verhaal 89 Op zoek naar de schat 

Deel 4 Op zolder


Ze hebben alle opdrachten goed gedaan en nu hebben ze een nachtje slapen op zolder verdiend. Iedereen heeft een eigen tentje maar was die laatste opdracht nu eigenlijk wel de laatste?


Op zolder


Lieve Oma, vraagt Krekel zachtjes
Voor ze op zolder naar hun bed toe gaan
Mag op de trap het kleine lampje aan
Zodat we niet verdwalen als we naar de wc toe gaan


Heer Krekel dat is een erg goed idee
Neem voor de zekerheid ook de zaklantaarn mee
Het is misschien een beetje rot
Maar de grote lamp die is kapot


Hun tentje opzetten is zo gedaan
Zie die tentjes daar met zijn drieën staan
Luchtbed opblazen is een fluitje van een cent
Als je eenmaal aan het pompje bent gewend

Jeminee, dit is heel erg schrikken
De tv die springt zomaar uit en aan
Zou het spook van de zolder dit hebben gedaan
Sorry jongens roept Draakje Draak
Ik ben met mijn pootjes
Op de afstandsbediening gaan staan

Buiten op de trap achter de dichte deur
Horen ze een bekende stem
Die leest een sprookje voor
Dat nog niemand kent

Er waren eens drie kleine poppen
Die woonden op een zolder in een oude poppenkast
Samen met een Harlekijn
En Jan Klaasen en Karlijn,
En een slechte fee om voor te beven
Iedere avond komen alle poppen daar tot leven

Ze kijken allemaal naar de poppen op de bank
Die daar zitten op een rij
Ze kijken de kinderen aan
En, zegt Krekel, het is niet gelogen
Het lijkt wel of ze allemaal eventjes bewogen

Eigenlijk zijn die drie, drie lieve kleine kinderen
Die door de jaloerse fee
In poppen omgetoverd waren
De kinderen hadden heel veel vriendjes
Waaronder een Vreemde Vogel en een zwarte spin
Maar in vriendschap met de slechte fee
Had niemand ook maar een beetje zin

Kristaleine kruipt over het dak
Hé zegt Kristaleine tegen Vreemde Vogel op de tak
Zei daar beneden iemand onze naam
Kom dan luisteren we stiekem mee door dat kleine raam

Maar als er drie kinderen naar de zolder komen
Samen met een Krekel en een Draak
En als die drie ondanks het eng gepiep of luid gekraak
De hele nacht op zolder blijven slapen
Dan wordt de betovering in die nacht verbroken

Wij zijn die drie kinderen, roept Mijnheer Jack
Daarom zijn wij op deze plek
Wij moeten de betovering verbreken
En de kindjes aan hun ouders terug gaan geven

Die opdracht die is fijn zegt Kleine Broertje Tim
In slapen heb ik altijd zin
Omdat het al lang voorbij hun bedtijd is
Slapen ze allemaal binnen één minuut in

's Morgens zien ze in de poppenkast
Dat de slechte fee nu een goede is
En dat Jan Klaassen en Karlijn
Nu wel vrienden met haar willen zijn

De kinderen hebben de betovering verbroken
Ze horen beneden bekende stemmen
Daarom komen ze met z'n allen van de trap af rennen
Als ze beneden zijn roepen Papa en Mama blij
Oh wat een geluk onze betoverde kinderen
Onze eigen kleine schatten ze zijn eindelijk weer vrij

Opa, zegt heer Krekel
Zo'n betovering verbreken dat valt echt niet mee
Kijk zegt Vrouwe Meisje
Daar staan broodjes en ook thee
Lekker gniffelt Heer Jack
En we leefden allemaal gelukkig en ook lang

En roept Broertje Tim, heel stoer
We zijn voor niets of niemand bang
Want vannacht toen het begon te piepen en te kraken
Zagen we vier kleine ogen, achter het kleine raam


En wat we toen hebben gedaan
Daar mochten we van de goede fee
Met niemand over praten

Mevrouw Schrijfster hoeft het eigenlijk niet te vermelden

Maar deze schatten voelden zich de hele dag grote stoere helden

© 2021 Vera Frieling Alle rechten voorbehouden. Copyright Vera Frieling
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website.