Leven als een koe in Brabant   Bruggers

Leven als een koe in Brabant

Gisteren fietste ik door een doodstille polder, heerlijk! Het was lekker fietsweer dus er op uit. Toen ik een kleine drinkstop maakte, keek ik uit over de uitgestrekte weilanden waarin koeien stonden te grazen. Ik dacht: 'Ik ben net die koe daar.' Nu mag ik deze onflatteuze vergelijking zelf best maken, als een ander dit had gedaan was het verhaal waarschijnlijk niet met deze slotzin geëindigd. Het gaat hier niet om een vergelijking wat betreft gewicht, intelligentie of lichaamsbouw maar meer over de manier van leven. Deze koeien stonden lekker buiten, ver van een boerderij dus dat betekent dat ze geen melk produceren op dit moment. Ze lopen lekker door de wei te lummelen, eten gras en rennen een stukje om geen enkele reden dan het rennen. Uit dankbaarheid gooien ze zo af en toe een flats de wei in waardoor het land weer vruchtbaar wordt en dat is het zo´n beetje en ze zien er gelukkig uit. Sinds ik met pensioen ben doe ik eigenlijk niet veel anders vandaar dat deze vergelijking met als mij te binnen schoot ´Ik ben net als die koe´. Ik produceer op economisch gebied niets, ik lummel, zoals ik met mezelf afgesproken heb minimaal een half jaar, een beetje door de wereld heen en eet het gras van mijn pensioen op. Zo af en toe schrijf ik een verhaaltje en hoop dat dat ergens in goede aarde valt en dat is het zo´n beetje. Dus ja de manier van leven is vrijwel hetzelfde. Ik leef niet als God in Frankrijk maar Als een koe in Brabant en het is goed zo. Ik zou bijna af willen sluiten met .... En we leefden nog lang en gelukkig. Laat ik er maar gewoon wel mee afsluiten.... We leefden nog lang en gelukkig!

Bruggers

Naarmate je langer in het onderwijs zit, of in mijn geval zat, vallen een paar dingen op. Bijvoorbeeld dat bruggers steeds meer op elkaar gaan lijken. Meisjes hebben paardenstaarten en jongens zijn nog een beetje vaag en daardoor niet van elkaar te onderscheiden. De acht bruggers die aan één tafel zitten, voldoen aan dit beeld. Ze hebben het over bruggerzaken zoals huiswerk, zakgeld, kamp, gsm, ouders en in hun geval Johnny.

Over veel zaken zijn ze het luidkeels eens, want het aantal decibellen lijkt bepalend voor het draagvlak voor iemands mening. Aan ouders en zakgeld worden niet veel woorden vuil gemaakt, ouderwets en te weinig. Alleen Johnny krijgt behoorlijk wat bespreektijd. Alle acht hebben ze iets tegen Johnny. Uit hun op 90 decibel vertelde verhalen valt op te maken dat het zo´n snel gastje is dat zich overal uit praat, dat klikt bij de meester en dat luidkeels door de klas roept dat iemand te laat de les binnenkomt of bij hem spiekt. 'Hebt u dat gezien, meester!' De polarisatie begint al vroeg, zij tegen Johnny, liever gezegd tegen de Johnny's van deze wereld.

Maar tijdens hun totaal ongestructureerd, alle kanten opvliegend gesprek, wordt er wel een inzameling gehouden voor de Wensboom. Dit gaat via een Tikkie want dat werkt het snelst. Ja zo zijn Bruggers nou ook weer. Niet alleen de Johnny's bindt hen ook het goede doel. Bruggers, het woord zegt het al, ze moeten de brug nog over, ze staan er pas net op en hebben nog een eindje te lopen. Ze vertrekken en daardoor valt het groepje meisjes, ik schat in leerjaar 4 Havo ineens wel op. 'Irritant!' antwoordt het ene meisje. Ook hier is het gedrag van een jongen het onderwerp, alleen is het gesprek in een door pubers vaak geuit woord samengevat 'irritant'. Zij zijn de brug al over en een ding is zeker, dat scheelt voor de omgeving een heleboel decibellen, Godzijdank. En gezien het verbruik van de bruggers valt het tekort aan zakgeld ook reuze mee maar ja bruggerzijn kost ook heel veel energie zullen we maar denken.

© 2021 Vera Frieling Alle rechten voorbehouden. Copyright Vera Frieling
Mogelijk gemaakt door Webnode Cookies
Maak een gratis website.